top of page

BENEFICIAIRE AANVAARDING

U heeft kunnen lezen dat u een nalatenschap op twee manieren kunt aanvaarden, namelijk zuiver en beneficiair of onder het voorrecht van boedelbeschrijving. Deze keuzebevoegdheid komt u toe op grond van artikel 4:190 lid 1 van het Burgerlijke Wetboek. Deze pagina gaat over de beneficiaire aanvaarding; over hoe dit in zijn werk gaat en wat voor gevolgen het heeft om beneficiair te aanvaarden. A priori wordt met de beneficiaire aanvaarding aansprakelijkheid met het privé-vermogen voor boedeloverstijgende schulden uitgesloten. Artikel 4:191 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek schrijft voor dat de beneficiaire aanvaarding moet worden gedaan door het afleggen van een verklaring bij de griffie van de rechtbank van het 'sterfhuis'. Hier wordt de plaats waarin de erflater is overleden bedoeld.

 

Mocht er een onverdeeldheid spelen en zijn er onwelwillende deelgenoten, mede-erfgenamen, dan biedt de beneficiaire aanvaarding ook daar een oplossing. Op grond van artikel 4:192 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek aanvaarden erfgenamen die zich over de aanvaarding nog niet hebben uitgesproken beneficiair indien één der mede-erfgenamen beneficiair aanvaardt, tenzij zij binnen 3 maanden daarna zuiver aanvaarden of verwerpen. Beneficiaire aanvaarding wordt op de voet van artikel 4:191 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek ingeschreven in het boedelregister van de rechtbank.

 

HET GEBAANDE PAD VAN DE VEREFFENING

 

Beneficiaire aanvaarding leidt tot wettelijke vereffening in de zin van artikel 4:202 lid 1 sub a van het Burgerlijk Wetboek. Men onderscheidt twee naast elkaar bestaande procedures als het gaat om de wettelijke vereffening. De 'lichte' vereffening wordt ex artikel 4:198 van het Burgerlijk Wetboek in principe uitgevoerd door de erfgenamen zelf, hetgeen overigens niet betekent dat zij een professionele derde - zoals Luminis Advies & Vermogensbeheer - niet een volmacht tot afwikkeling kunnen verstrekken. De alternatieve procedure, de zogenoemde 'zware' vereffening, wordt op grond van artikel 4:202 lid 1 sub b van het Burgerlijk Wetboek uitgevoerd door een vereffenaar die is benoemd door de rechtbank. Benoeming van de vereffenaar vindt plaats op de voet van artikel 4:203 of artikel 4:204 van het Burgerlijk Wetboek. Op deze pagina beperken we ons tot de kerntaken van de 'lichte' vereffening. Indien er een executeur is benoemd door de erflater en één der erfgenamen beneficiair aanvaardt, dan moet op grond van artikel 4:202 lid 1 sub a van het Burgerlijk Wetboek worden vereffend. De vereffening blijft echter uit - en daarmee de executeur aan - indien en voor zover de executeur overeenkomstig artikel 4:202 lid 1 sub a van het Burgerlijk Wetboek kan aantonen dat de goederen van de nalatenschap ruimschoots toereikend zijn om de schulden te voldoen.

 

TAKEN VAN DE VEREFFENAAR

 

De taken van de vereffenaar zijn opgenomen in artikel 4:211 van het Burgerlijk Wetboek. Lid 1 bepaalt dat de vereffenaar tot taak heeft de nalatenschap als een goed vereffenaar te beheren en te vereffenen. Op grond van lid 2 vertegenwoordigt hij bij de vervulling van zijn taak de erfgenamen in en buiten rechte. Met bekwame spoed moet hij een voorlopige boedelbeschrijving maken, die ter inzage wordt neergelegd bij een door hem aan te wijzen boedelnotaris of bij de griffie van de rechtbank. Op grond van artikel 4:211 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek kan de kantonrechter de erfgenaam-vereffenaren (na beneficiaire aanvaarding) van de verplichting de boedelbeschrijving ter inzage te leggen ontheffen. De werkzaamheden van een vereffenaar kunnen zich in algemene zin als volgt laten samenvatten.

 

  • Inventariseren bezittingen en schulden;

  • voorlopige boedelbeschrijving opmaken en ter inzage neerleggen (art. 4:211 lid 3 BW);

  • openlijk oproepen van schuldeisers (art. 4:214 lid 1 BW);

  • bekende schuldeisers aanschrijven (art. 4:214 lid 2 BW);

  • onverwijlde kennisgeving betwisting vordering (art. 4:214 lid 4 BW);

  • ter inzage leggen lijst betwiste en erkende vorderingen (art. 4:214 lid 5 BW);

  • te gelde maken goederen ter voldoening van schulden (art. 4:215 lid 1 BW);

  • terugvorderen van legaten (art. 4:216 BW);

  • afleggen rekening en verantwoording (art. 4:218 BW);

  • uitdelingslijst ter kennisneming neerleggen (art. 4:218 BW);

  • uitkeren conform uitdelingslijst (art. 4:220 lid 1 BW).

 

Op grond van artikel 4:221 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek hoeven erfgenaam-vereffenaars, dat wil zeggen, vereffenaars van de 'lichte' vereffening na beneficiaire aanvaarding, slechts openlijk schuldeisers op te roepen (artikel 4:214 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek) en een lijst van erkende en betwiste vorderingen neer te leggen (artikel 4:214 lid 5 van het Burgerlijk Wetboek) alsook rekening en verantwoording af te leggen en een uitdelingslijst neer te leggen (artikel 4:218 van het Burgerlijk Wetboek), indien en voor zover de kantonrechter dit bepaalt.

bottom of page