top of page

HET BENOEMEN VAN EEN EXECUTEUR

De benoemde artikelen kunt u vinden op deze link:.......

Op de voet van artikel 4:142 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek kan een erflater bij uiterste wilsbeschikking (hiermee wordt een testament bedoeld) één of meerdere executeurs benoemen. Op grond van lid 2 van datzelfde artikel kan, indien er twee of meer executeurs zijn benoemd, ieder van hen alle werkzaamheden alleen verrichten, tenzij de erflater anders beschikt.

 

Voorts heeft de executeur, op grond van artikel 4:144 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek, voor zover de erflater niet anders heeft beschikt, tot taak de goederen der nalatenschap te beheren en de schulden der nalatenschap te voldoen. Hieruit, zowel als uit artikel 4:142 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek, volgt dat de erflater kan beschikken verschillende executeurs verschillende taken te geven.

 

Deze verschillende taken en bevoegdheden maken de verschillende executeurs. De meest voorkomende is de beheersexecuteur, vroeger de executeur-testamentair geheten, maar we kennen ook de begrafenisexecuteur en de executeur-afwikkelingsbewindvoerder. Populair gezegd gaat het dan om een executeur met respectievelijk één (*), twee (**) of drie (***) sterren, zoals geclassificeerd door Prof. dr. B.M.E.M. (Bernard) Schols.

 

BENOEMINGEN VOOR VERSCHILLENDE EXECUTEURS

 

Vóór 2003 was het nog mogelijk een executeur aan te wijzen in een codicil. Sindsdien moeten alle executeurs worden benoemd in een testament. Hetzelfde geldt voor bewindvoerders in de zin van het afwikkelingsbewind van artikel 4:153 van het Burgerlijk Wetboek. Bij nalatenschappen waarbij het testament dateert van vóór de invoering van het nieuwe erfrecht, derhalve van vóór 2003, of bij nalatenschappen zonder testament, verdient het aanbeveling te zoeken naar een codicil; codicillen gemaakt onder het oude erfrecht blijven namelijk ook onder het huidige erfrecht nog steeds hun rechtskracht behouden; zij moeten worden geëerbiedigd.

bottom of page